Schaalsmeerpolder

Een regenbuitje was beloofd, maar op de parkeerplaats dondert een waterval uit de hemel. Ik wacht tien minuten, twintig minuten, een half uur. Dan is op wat spetters na droog. Ik stap uit de auto in een enkelhoge plas ter grootte van een zwembad.

Ik loop langs een kleine werf aan de Zaan. Aan de overkant wordt het prachtige industriële gebouw De Vlijt met de grond gelijk gemaakt. Gelukkig heb ik de foto’s nog van een paar jaar terug. Ik vrees dat er meer smakeloze dure appartementen in de plaats komen, zoals verderop.

Robin de Puy staat in korte broek in de deuropening van haar woning. We groeten elkaar alsof we elkaar kennen.

Bij de sluis wordt een man met een bootje overgezet. Hij houdt een paraplu boven zijn hoofd terwijl hij De Poel in vaart. Ik maak een foto. “De persfotograaf,” roept de sluiswachter naar de schipper.

Het begint weer iets harder te regenen en mijn kleding raakt snel doorweekt. Een Suzuki speelgoed-Jeep komt de hoek om scheuren en werpt een golf water op. Ik kan net op tijd opzij springen.

Ik loop de Poelweg af, de Schaalsmeerdijk op. Een reiger met een nog spartelende rat in zijn bek vliegt voor me uit. In de weide van de polder die diep on onder NAP moet leggen rennen vele ganzenfamilies rond. Ik zie ook mijn eerste kievit van dit jaar. Maar dat zegt niks, ik ben net terug van drie maanden verblijf in het buitenland.

Een kolk in het weiland slobbert het zojuist neergestorte water weg. Waarheen?

Ik maak het rondje af. Het begint weer te spetteren. Robin is naar binnen verdwenen. Ik waad door het pierenbad op de parkeerplaats naar de auto.

(blok 19w-p22)

Kijkbeeld

In mijn post van gisteren vertelde ik over mijn wandeling door Wormer. Als je wandelt zie je vaak dingen waar je anders niet op let. Zo zag ik deze gemotoriseerde kunstgrasterrasboot. Met picknicktafel.

Een ander vreemd beeld zag ik hier.

Wormer

Gisteren rond Wormer gelopen. Het dorp, gebouwd in de Noord-Hollandse moerassen, is doordrenkt van het water. Het grasland ligt onder het niveau van het water in de sloten met hun opgehoogde wallenkanten. Alles is drassig. Maar iedereen heeft een bootje.

Het laatste stukje loop ik langs de oever van de Zaan bij de Veerdijk. De meeste pakhuizen zijn gerenoveerd. Aan de rest wordt gewerkt. Jaren geleden liep ik hier ook langs met mijn fototoestel. Toen was het nog een grimmige toestand aan deze kant van het water.

Na drieën verdwijnt de zon achter de laag hangende wolken en neemt het licht mee. Maar dan ben ik alweer bij de auto.

Drie foto’s uit 2015, genomen langs de Veerdijk.