Ik had gemikt op de Prinses Amaliabrug. Maar langs de smalle wegen bij de brug kan ik geen parkeerplek naar mijn zin vinden.
Daarom terug naar Krommenie. Ik zet de auto bij REM-eiland neer. Een voormalig terrein van de waterleidingmaatschappij PWN, lees ik later als ik de oorsprong van dit REM eiland probeer te vinden. De oorsprong van de naam REM-eiland blijft me onduidelijk. Er is een industrieterrein waar het mogelijk ooit beter is gegaan, maar toch niet veel. Ik loop over de Industrieweg met zijn typische vrijgevochten woonbootterreinen. Men lijkt hier alles te bewaren wat maar mogelijk is.
Over een serviceweg voor brugmonteurs loop ik omhoog naar de provinciale weg. De weg gaat over in een overwoekerd pad tot op de brug. Ik voel me illegaal, hoor hier niet te zijn. De auto rijden op een meter langs me.
Aan de andere kant van het water kom ik uit op het uiterste stukje van de Zuidervaartdijk. De laatste twintig meter van de Zuidervaartdijk is een soort privéterrein voor de bewoner van het huis in de hoek van weg en water hier. Rode palen verbieden auto’s langs het fietspad de provinciale weg te bereiken. De bewoners van dit laatste huis hebber er een privé oprit naar de provinciale weg aan.
De bewaarwoede van de mensen hier lijkt nog heviger dan van hun dorpsgenoten aan de andere kant. De restanten van een grote kraan staan er weg te rotten naast een heftruck, een afgedankte paardenwagen en overgroeide aanhangwagens.
Via het dorp loop ik met een omweg weer naar de kruising met de provinciale weg. Ik steek over en loop langs de fabriek van de Forbo. Als je het over de geur van stopverf hebt die rondom de fabriek hangt, weet niemand meer waar je het over hebt. Een product dat met mijn generatie uit zal sterven vermoed ik. Forbo ruikt er ouderwets naar.
Onder de N8 door, rechtsaf via een tunneltje onder het spoor door. Gelijk weer rechts om onder het viaduct uit te komen. De onderkant van het viaduct is in ruime mate van graffiti voorzien. Verschillende resten van kampvuren. Een man zit tegen een pilaar aan, een rugzak naast zich. Ik denk dat hij hier nog minder te zoeken heeft dan ik. Ik loop door over het veld tot aan het water van de Nauernasche vaart. Er lopen wandelpaadjes verder door het veld, maar ik kan niet zien waar heen. Terug onder het viaduct is de man verdwenen.
Ik kan wel de naam REM eiland wel verklaren!
Groeten, Kiek Rem
Ik ben benieuwd Kiek. Dat heeft dan vast met jouw achternaam te maken?
Groet,
Niek