Freek de Jonge in de Stadsschouwburg van Haarlem

Het is bijna 55 jaar gelden dat Freek en Hella elkaar hier ontmoetten, vertelt Freek tijdens de voorstelling.

De show start haperend. Dat ligt niet aan Freek. Binnen vijf minuten klinken drie keer telefoonpingeltjes op uit de zaal. Freek moet zich zichtbaar beheersen. Ooit in Carre zag ik hem woedend een rollator-rekwisiet stukgooien op het toneel toen een groepje meiden in de zaal onophoudelijk zaten te giechelen. Hij moest de dames de zaal uit sturen. Nu loopt het beter af en volstaan een paar snerende opmerkingen.

Hella moet Freek van achter uit de zaal af en toe helpen als hij een scene vergeet.

“Start nu het liedje nu maar in.” zegt Freek.

“Eerst nog even over Starbucks.” zegt Hella.

Freek mengt mooie verhalen met goede grappen.

“Hoe ziet ik er uit?” vraagt Caroline van der Plas trots in de schminkkamer van een tv-programma waarin ze beide zullen optreden.

“Vet!” zegt Freek.

Een incompetente loods vindt zichzelf aan het stuur van een schip met kernafval. Als minister-president Schoof aan het hoofd van zijn kabinet.

Een mooi mini-liedje “Vrede op aarde” sluit de show af, en Freek nodigt de zaal uit mee te zingen. Ik ben niet van het meezingen, maar het is ontroerend.

De show is opgenomen en het internet vertelt me dat deze op eerste kerstdag bij de VPRO op NPO 2 te zien is. Hopelijk is het kabinet Schoof met zijn incompetente ploeg dan al gevallen. Vrede op aarde.

Na afloop verkopen Freek en Hella (zelf) in de foyer Freek’s nieuwe boek De Zeeuwse Jaren.
Ik koop een exemplaar. Hella hanteert de pinautomaat en Freek signeert het boek. Ik dank Freek voor het boek en vergeet hem te bedanken voor de mooie intieme show.

Freek de Jonge in de Stadsschouwburg van Haarlem
Gesigneerd boek van Freek de Jonge

5 mei in Haarlem

In Haarlem is een bevrijdingsfestival, Bevrijdingspop, in de Haarlemmerhout. Ik rij naar Haarlem met het idee foto’s te maken op het festival.

Dat valt tegen.

Het duurt al lang om door Limmen heen te komen. Men werkt hier aan de weg en de wegomlegging is onwaarschijnlijk onhandig. Een lange rij auto’s kruipt door het dorp.

In Haarlem is de weg naar het de Haarlemmerhout afgesloten en ook hier is het alternatief beroerd. Ik volg de bordjes en de Landrovers, Porsches en Audi’s uit de buurt en rij zeker 10 kilometer om.

Ik volg de stroom mensen naar de ingang van het festivalterrein. Daar word ik weggestuurd. Mijn apparatuur, mijn fotocamera dus, ziet er te professioneel uit. En professionele apparatuur mag niet het terrein op. Ik stribbel tegen maar het mag geen baat hebben.

Ik besluit dan maar een blokje door de Europawijk te lopen, aan de andere kant van het Spaarne. Hier viert men geen bevrijdingsfeest. Van de blanke Haarlemse kak die rond de Haarlemmerhout heerste is hier in de Europawijk niks te merken. Hier leven echte mensen echte levens in appartementenflats, zonder bakfietsen en Range Rovers. Hier eet men Turkse specialiteiten van Mahzen, Indonesisch van Toko Nobel, wat een afkorting is van Noni Belande: meisje uit Holland, en Italiaans ijs van Scoops. De groenteboer heet hier Karaman en de bakker Bereket.

Ik eet een ijsje bij Scoops. Heerlijk. Een jongen zit op het terras te gamen. De eigenaar van Scoops zegt dat hij daar niet mag zitten als hij niks besteld. De jongen mokt maar loopt door.

Op het grasveld tussen de flats mag niet worden gevoetbald en mogen honden niet uitgelaten worden. Dat laatste snap ik. De kersenbloesem valt in roze wolken van de bomen.

Dummy

Haarlem.