
In Tanizaki’s De sleutel leeft een ouder echtpaar enigszins gescheiden van elkaar. Beiden houden een geheim dagboek bij. Ze schrijven over hun leven vanuit hun eigen perspectief en speculeren over de motieven van de ander. Beiden weten dat de ander een dagboek bijhoudt. Ze vermoeden dat de ander hun dagboek leest en laten berichten achter in hun dagboeken die bedoeld zijn voor de ander. Maar beiden schrijven dat ze elkaars dagboek niet lezen. Alleen de lezer weet dat.
Ze leiden een bizar seksleven met elkaar, waarbij de man de vrouw min of meer vrijwillig drogeert, en alleen in die situatie kunnen ze oprecht hartstochtelijk de liefde bedrijven. Nadat de man sterft (tijdens de daad), begint de vrouw zijn dagboek te lezen (ze schrijft in haar dagboek). Ze gaat door met haar dagboek en er volgt een bizarre wending, waarbij de waarheid heel anders blijkt te zijn.
Het dagboek van de vrouw doet denken aan Sei Shonagons Hoofdkussenboek.