KL Tower en meer

Mooi weer vandaag! … Ha – het is hier elke dag mooi weer.

Grab naar KL Tower, een hoge versie van onze Euromast (421 meter versus 185 meter).
We arriveren er net na 9 uur. De toren is net open, het is nog rustig. We betalen een allemachtige som geld om naar boven te mogen, helemaal voor Maleisische begrippen (ongeveer 20 euro p.p.). Het uitzicht boven op het Sky deck is geweldig. Leuk zijn de glazen boxen waarin je over het randje van de toren kunt kijken.

We lopen naar de Petronas torens – de twin towers van KL. Op het hoogtepunt van de dag is het hier een selfie-festijn, maar nu is het nog rustig. In de torens is een grote mall – Suria KLCC. Veel luxe merken. Wij gaan naar de boekhandel Kinokuniya – geweldige boekwinkel (heb geloof ik al eens eerder opgemerkt). We struinen in de koelte door de boeken. Er is een indrukwekkende verzameling prentenboeken voor kinderen waarin A. geinteresseerd is, maar het is een rommeltje. Ik koop David Gibson – 100 Great Street Photographs. (geweldig fotoboek)
In de coffeeshop van de booekhandel drinken we ijskoffie.

We slenteren naar de metro. Onze eerste keer in de metro, maar het blijkt een zeer makkelijk systeem. Met de metro naar de Masjid Jamek moskee, de oudeste moskee van Kuala Lumpur. Trap ik weer in de val: hij is tussen 12 en 14:30 gesloten. Dat had ik in januari ook al, en toen heb ik de moskee daardoor gemist. We besluiten eerst maar te gaan lunchen. Ik ken het Old China Cafe als een leuk tentje, en dat is aan de andere kant van de bekende Petaling Street – de Kalverstraat/Nieuwendijk van KL. Het is een prettige toeristenbende in Petaling Street. Niet al te opdringerig.
Old China Café is wat het zegt te zijn, alleen is het nu een restaurantje. Goed eten, goede bediening.

In de buurt is een Hindoeistische tempel – Sri Mahamariamman. Schoenen inleveren voor 20 Ringgit cent (1 eurocent). Indrukwekkende beeldhouwwerken aan de ingang. De tempel is volledig ingeklemd tussen de flatgebouwen. Hier en daar in de tempel staan emmertjes om het water dat door het kennelijk lekkende dak komt op te vangen. Toeristen ontheiligen de Hindoeistische plekken met het nemen van krankzinnige selfies. Zou dat ooit eens ophouden dat selfie-gebeuren. Zou er een periode komen dat we terugkijken op deze tijd als het selfie-tijdperk, dat we ons verbazen over de behoefte van mensen in deze tijd om zichzelf met een ding of op een plek op de foto te zetten?

Daarna, in de zelfde straat een Taoistische (zoeken we later op) Chinese tempel: Guan Di. Er vinden rituelen plaats rond een verbrandingsoven, waarin de gelovigen tollen papier met een wens (?) verbranden. Zou ik eens verder over moeten lezen.

We lopen via Petaling Street weer terug naar de Masjid Jamek moskee. Ik had er iets meer van verwacht, als oudste moskee van KL, maar het is een gehang van mensen en een gedoe van Chinese toeristen. Niet de serene uitstraling (daardoor?) van andere moskeeën.

We wandelen naar Merdeka Square (onafhankelijkheidsplein). De warmte is nu te veel. We regelen een Grab terug nar het hotel.

(29/4)

Botanische tuin (1 mei 2018)

Dag van de arbeid. Dan werken we dus niet. Ook niet in Maleisië.

Gelukkig rijden er wel Grabs. Wij gaan naar de botanische tuinen in Putrajaya. De tuinen liggen aan het water. Deze botanische tuinen zijn niet een met exotische planten volgeprakt stadsparkje als in Amsterdam, maar een kilometers groot terrein.

Als we de receptie binnenlopen blijkt de tuin die dag gesloten. Dat wil zeggen, de faciliteiten in het park zijn gesloten, maar je kan wel naar binnen. Dan wijst hij op mijn camera en zegt dat ik daar niet mee mag fotograferen. Huh waarom niet? Dat moet ik maar aan iemand achter de receptie vragen. En hij verdwijnt. Gelukkig is er niemand achter de receptie dus met zogenaamd bloedende neus lopen we het park in.

Het is heuvelachtig, de exoten staan hier verspreid op hun eigen heuvel tentoongesteld. We lopen over de Teletubbie heuvel naar de rivieren. Het is een aardig gebied, en eigenlijk letten we nauwelijks op de ongetwijfeld indrukwekkende botanische hoogstandjes die hier zijn tentoongesteld.
‘s Middags wat gewerkt.

Putrajaya (28 apr)

Een paar vrije dagen in het vooruitzicht. 1 mei is een vakantiedag in Maleisië. 9 mei zijn verkiezingen.

Als de huidige regeringspartij wint, zullen we daar verder niet zoveel van merken. Als de oppositie wint, krijgen er twee vrije dagen bij :10 en 11 mei zijn dan vrije dagen, heeft de oppositie beloofd.

De mensen zijn een beetje bang wat er zal gebeuren als de oppositie wint. In de jaren 60 is de oppositie bloedig onderdrukt nadat de zittende regering de verkiezing had verloren en veel mensen zijn bang dat dit zich zal herhalen als de oppositie nu weer wint. Sinds die jaren schijnt de Maleisische bevolking zwaar te worden bevoordeeld t.o.v. de Chinese en Indiase minderheden. (Wikipedia)

https://www.trouw.nl/home/premier-maleisie-zakt-verder-weg-in-moeras-van-corruptie~a4ebac6c/

De verkiezingen hebben dus een nogal ethnisch tintje. De zittende macht bevoordeeld de Maleisische bevolking (of: stelt de Chinezen en Indiase minderheden achter). Ook is de huidige regering corrupt. Een minister heeft min of meer openlijk meer dan een miljard weggesluist naar buitenlandse bankrekeningen. Daarmee geconfronteerd: dat waren privé schenkingen.

We zijn vroeg wakker. A. natuurlijk door het vliegen.

We rijden per Grab naar Putrajaya. De regeringsstad. We worden bij het station afgezet. We lopen door de straten richting de rivier. Moderne gebouwen, een moderne wijk. Bijna futuristisch. Bestond 20 jaar geleden nog niet.
Ons doel is het eiland in de rivier, waar de meeste regeringsgebouwen staan, en de moskee. De moskee valt een beetje tegen. Er zijn heel veel Chinese toeristen die er kennenlijk anders over denken.

Het is erg warm. We lopen richting winkelcentrum Alamanda, 2,5 kilometer verderop. Het is te ver voor de warmte en we Grabben een taxi.
In Alamanda eten we wat, slenteren door het winkelcentrum.

Nyonya

Tot 1 uur gewerkt.
Uitstekende Nyonya lunch = mix Maleisisch / Chinees. Altijd belangrijk even te melden wat er gegeten is.

Het is zelfs gewoonte hier in Maleisië, ze zeggen zelfs in heel Zuid-Oost Azië – om iemand bij wijze van begroeting te vragen of hij al gegeten heeft. Om maar even aan te geven hoe belangrijk eten hier is.

‘s Middag naar vliegveld met Grab om A. op te halen. Rare snuiter die door Waze (een Google maps achtige app) dwars door Cyberjaya gestuurd wordt richting vliegveld. Snapt hij zelf ook niet maar hij volgt de app. Leer je nog eens wat ook: Cyberjaya is een studentenstad. Er staan een paar universiteiten / colleges.

Alles op vliegveld gladjes, taxi terug naar hotel. A. Installeert zich en we slenteren nog door de mall naast het hotel.

27/4

Putrajaya timelapse

Vandaag is het dus 25 april. Dat zal wel een speciale datum blijven.
Geen belangrijke gebeurtenissen vandaag. Werk.
Speel met timelapse video op de iPhone.

Taxi ruikt naar kots

Vanochtend gesport in de gym hier in het hotel, met frisse tegenzin. Maar ik zit de hele dag weer op mn reet, dus een beetje beweging mag wel.

Grab taxi ruikt naar kots.

Tot het eind van de dag kom ik niet buiten.

‘s Avonds maak ik een rond langs de IOI City Mall. Neem weer een afhaalmaaltijd mee van de foodcourt. Thais dit keer.

Een magere vangst dus vandaag.

Kijk een filmpje op Youtube. Er staat muziek onder, Gymnopedies van Satie…

(24/4)

Sri Serdang

Wat suf opgestaan – ik kon gisteravond moeilijk in slaap komen en heb tot laat liggen iPadderen.
De uitstekende ontbijtfaciliteiten in het hotel beginnen me al tegen te staan: het is elke dag hetzelfde. Maar dat is natuurlijk gezwam van een verwende baby.

Gegeten bij Chennai Spice, een traditioneel Indiaas restaurant in Sri Serdang. Banana-leaf restaurant. Eten van een bananenblad dus. Gelukig is vork en lepel voorhanden, want traditioneel eet je dan ook met je rechterhand (links is voor andere zaken). Daarnaast lam, geroosterde kip en gefrituurde inktvisringen.
Vanavond hoef ik niet meer te eten.

Na wat matte werkmiddag terug en afhaalmaaltijd gehaald.

Nog wat gewerkt i.v.m. een probleempje, en nog wat werk voor mijn andere klant gedaan.
Toen dat ding maar uit gezet want je blijft aan de gang.

21 april 2017 – Putrajaya – Kuala Lumpur

Niet al te vroeg opgestaan. Uur of 9. Nog een beetje rondgekeuteld in het winkelcentrum.
Rustig ontbijt en dan een Grab naar het Maleisische National Museum of/for Visual Arts.

Ik mag gratis naar binnen, krijg een sticker op mijn shirt.
Ik loop de wenteltrap op.
Op elke verdieping zijn links en rechts galerijen maar 2 van de 5 zijn gesloten.
Leuk werk en minder interessant werk. En als altijd minstens net zo leuk naar de mensen te kijken.

Ik loop terug naar het centrum. Ik moet een moeilijke kruising over en volg een paar locals die dwars over de kruising, onder de cross-overs door een weg weten naar de overkant.

Aan de andere kant is de straat blauw van de vlaggetjes. Het blauw met de witte weegschaal vn de regeringspartij. 9 mei zijn er verkiezingen.

Men vreest hier voor herrie als de verkiezingen niet gewonnen worden door de zittende regeringspartij. In de jaren 60 zijn er serieuze rellen geweest, waarbij de regering bruut heeft opgetreden tegen niet-regeringsgezinden. Dat zijn dan o.h.a. de niet-Maleisiers – d.w.z. de Chinezen en de Indiers. Daar zijn veel doden bij gevallen.

Ik loop door naar de Petronas Twin Towers. Daar is de dagelijkse selfie-gekte aan de gang.

In de Twin Towers zit een hele goede boekhandel: Kinokuniya. Is een universiteitsboekhandel maar hebben ook een hele respectabel aanbod fotoboeken.

Ik koop er een boek van Alex Webb: La Calle. Lees in de koffiebar van de boekhandel.
Dan achter de Petronas Towers het park in. Het begint te regenen. En niet zo zuinig ook. Deze tijd van het jaar normaal. Regen tussen 16:00 en 19:00.

Ik pak een Grab terug naar Putrajaya.

In de mall in het intussen afgrijselijk druk.

17 april 2018 KL(M)

Na gedoe met paspoort toch normaal aan boord geraakt.
(Paspoort voor Maleisië moet 6 maanden geldig zijn. Die van mij was nog 6 maanden min 2 weken geldig. Daar kom je natuurlijk te laat achter. Noodpaspoort moeten aanvragen.)

Dat is natuurlijk vorstelijk: business class te kunnen reizen. Stewardess heeft ontdekt dat ik die nacht jarig zal worden. Als ik weer wakker ben krijg ik bij het ontbijt een beker met inscriptie. Zie foto.

Tynan: Life Nomadic

HHow to live as a global nomad. Tynan tels his story in Life Nomadic, how he sold all his stuff and started living most of the year somewhere on this globe.

His stuff fits into a 28 liter backpack. He wear silly toe-shoes, in which his feet almost freeze where he walks through the Canadian snow with them.

He lives of writing about his nomadic life.

Life Nomadic is full of tips for living a nomadic life.

Live where the locals live, eat where they eat, make friends with them, and take their advice. Before visiting a new country, I try to at the very least read the Wikipedia entry on it to get a sense of what the country is like and how it got that way.

HE does no ban all luxury from his life.

Living as a nomad should raise your quality of living, not lower it. The key concept to understand is that a high quality of living doesn’t mean spending a lot of money.

We live in an exciting time, and it’s important to me to stay part of the internet age. I carry a laptop, photojournalist-grade digital camera, and HD video camera with me at all times. My watch and phone both have GPS receivers in them to help me navigate and avoid getting lost. I’m never far from the internet.

Nomadic life is a means to a meaningful life:

When you finally get off the beaten path, you’ll find two things. First, you’ll reconnect with the sense of discovery and exploration that you had when you were a child. The act of blazing new trails and taking full responsibility for your life is exhilarating. You gain a new quiet confidence from knowing that you’re capable of driving your life, not just riding along in it. Second, you’ll find that it’s not as hard or scary as you expected.

If you’re going to spend the time to read the rest of this book, make sure that you can accept that sometimes things that sound too good to be true aren’t.

Experiences. Usually travel. No one ever regrets spending money on travel, and I think the reason why is obvious. Possessions come and go, but experiences change us as people.

But the nomadic lifestyle does not mean a life of 365 days of vacation. In fact, this one means imposing more discipline on yourself. To have a different philosophy of life.

Becoming more emotionally resilient and disciplined is almost involuntary when you become a nomad.

Our brains have been trained to believe that traveling equals being on vacation, which equals not working.

There’s this misconception that luxury is sitting on the beach doing nothing. It’s not. Luxury is having the ability and lack of encumbrances to do whatever you want to do. In that way, a minimalist nomad has the ultimate luxury. He has his time and his choice and can make of them whatever he pleases.

Tynan begins by encouraging us to jettison all unnecessary clutter and pursue a minimalism. This is a prerequisite for a nomadic life.

There’s no way to become a minimalist without just jumping in head first. And there’s just no way to become a nomad without being a minimalist.

This is not only to get rid of physical superfluous stuff, but also the psychological hang-up of stuff.

If you have stuff lingering back home then you have roots and you will never feel the true freedom of being a nomad.

How do you plan your life as a nomad? Actually, you want to plan nothing and keep complete freedom, but that can become costly.

The biggest downside of planning ahead is that you will invariably want to change your plans, but will either be unable to or will have to forfeit a ticket you’ve already purchased. The former ruins some of the versatility of traveling and the latter negates the potential cost benefits of planning ahead.

Tynan tackles this rather practically, make a list and prioritize it.

Create a list of every place you’d like to stay for a month or two. Don’t worry about how much time you’re going to be gone for, just make the list.

How do you decide which ones to remove? I tend to place an emphasis on developing countries rather than developed countries.

The comfortable and familiar can be evaluated in just a few days, and the unknown and mysterious are given enough time to be fully appreciated.

Even more important than the weather is determining which major events you want to experience in each place.

And then just do it.

Check the visa requirements for your first country, get the visa, and buy a one way ticket.

Travel light, live light.

Twenty Eight Liters is All You Need

If you bring something that is not making your trip better, it’s making your trip worse.

No travel bag other than a backpack. And in it the most necessary, and nothing more.

The reasons for choosing a backpack are as numerous as they are obvious. Any terrain can be crossed, they compact when they’re less full, they don’t stick out, and they are designed to be waterproofed.

Sticking with our minimalist nomad philosophy, here’s the clothing packing list: • Two pairs of socks • Two pairs of underwear • One pair of convertible pants • One bathing suit • Three shirts • One bra (if you’re a woman, or a crossdresser)

All clothing made of wool.

Wool does an amazing job wicking sweat away, dries quickly, keeps us warm even when wet, and smells great.

Also of underwear you need only two, if you have good ones, of wool, and of shirts 3.

Underwear falls in basically the same category. Get two pair and wash them every day in the shower.

… pack three shirts, which occasionally feels like one too many. Wool is, of course, the fabric of choice,

Other stuff: The stuff you need to document your travels.

For this reason, I say to take what you need to document your travels and share them with your friends, family, and maybe even the whole world.

Camera … A micro four-thirds: compact and quality. Laptop. Cell Phone. Charging your gadgets: All USB.

For all its travel gear, tenant creates a new web page every year: tynan.net/gearyyy. For example: http://tynan.com/gear2018.

Find a credit card company that doesn’t charge a conversion fee. There are.

Recommend about sending and receiving physical mail. Is a bit outdated.

Also, calling abroad is outdated.  These days Skype is the Go-To facility for this and you can make calls all over the world for a few cents a minute.

Language learning: Pimsleur.

Immersion is the only real way to learn a language. Pimsleur immerses you in your new language for half an hour a day, but it will take more than that to gain real fluency.

Reasonably detailed picture of his expenses, as an example to show that life does not have to be expensive.

I spend somewhere around $1500 per month, which is broken down approximately as follows: • $500 for lodging[1]  • $265 for plane, train, ship, and cruise tickets • $500 for food  • $50 in fees for phones, remote mail, faxing • $185 in gear replacement and miscellaneous expenses

Traveling as cheaply as possible yet comfortably. Practical recommendation of which days to travel, one-way instead of round-trip (or return as this is cheaper in some cases), fly via major hubs, use AirAsia and Southwest as examples of cheap airlines.

Use your credit card to get lounge access. Lounge is resting, but also free food and sometimes showering.

Lots of references to useful web sites. This one for trains was really all new to me:

I could go on and on about trains, but the truth is that I get all of my information from one place, Seat61.com.

Where do you want to stay: location is most important.

My typical modus operandi is to land in a country with no plans at all, find a hostel, and stay there for a couple days as I make friends and get the lay of the land. It usually doesn’t take long to familiarize myself with the different areas of town, which helps me make a good decision on where I want to live.

And then of course make money to pay for everything.

I will, however, condense some of the best advice I’ve read and absorbed over the years:

  • Do work that you’re passionate about. Let the money come second.
  • Create something remarkable that provides real benefit to your customers.
  • Work harder than anyone else and hold yourself to higher standards than everyone else.
  • Be ruthlessly persistent. Most people aren’t.

Where to go: it actually comes down to preparing yourself a bit and widening the tourist traps.

We discovered Yakushima through the free online catalog of UNESCO World Heritiage sites…. What I particularly like about the World Heritage Sites is that there’s usually a lot of substance and few fellow travelers.


Wikipedia and Wikitravel. Neither is as comprehensive as a guidebook, but they’re generally written by people who really care about the area they’re writing about. Amongst the standard hotel recommendations and

The crux.

Travel with an open mind. Accept invitations and extend them as well. Indulge in other cultures and appreciate the best in them.