Bangkok dag 2

Vanochtend de hele famille pas tegen negenen wakker. Nog moe van de vlucht waarschijnlijk.

Ontbijt in het hotel. Continental en Thai.

“We are not a fast food restaurant.
Our meals are prepared fresh.
So please be patient.”

Goed zo.

Naar het Grand Palace gelopen. Ongeveer 20 minuten. Je loopt niet hard in de warmte maar deze afstand is nog goed te doen.
Bij het GrandPalace zijn de wegen afgezet.

Speciale maatregelen om de bevolking de gelegenheid te geven afscheid te nemen van hun geliefde koning Bhumibol, die afgelopen oktober overleed. Het land is officieel in rouw voor de periode van een jaar.

Een lange stoet in het zwart geklede Thai hebben via een aparte ingang toegang tot het paleis.

Het is enorm druk bij en in het het paleis.

https://www.youtube.com/watch?v=Nrnp3wWVWiE

Een foto maken waar geen toerist op staat is zo goed als onmogelijk.

Uit de wind op de binnenplaatsen van het complex is het enorm warm. Nog voor we een kaartje hebben kunnen kopen zijn we hier al drie keer door onze deo gebroken.


Het wereldrecord selfies maken wordt hier vandaag verbroken. Ik denk dat de Chinezen met voorsprong winnen. Zij zijn in grote massa’s het paleis binnengetrokken. Thailand is nooit bezet geweest door andere militaire machten, tot hun grote trots. Maar nu hebben de Chinezen geen militairen maar hun toeristen gestuurd. Ze hebben het centrum van Bangkok al in handen.

We bezichtigen de tempel Wat Phra bij het paleis en de gebouwen bij het paleis.

 

Vlakbij het paleis ligt de tempel Wat Pho en daarnaast een tempel met een enorme liggende Buddha monniken en toeristen.
De menigte schuift langs de Buddha. Ventilatoren langs de route proberen vergeefs het publiek te koelen. Ze blazen slechts de warme lucht langs de menigte.

Een toegangskaartje tot Wat Pho geeft ook recht op een gratis flesje water. Dat slaat niemand af.

We lopen naar de pont die ons naar Wat Arun aan de andere kant van de rivier gaat brengen. Voor we de pont op gaan eten we gefrituurde banaan, kip en spring roll. En ijs uit een kokosnoot. Daar knappen we flink van op.

Met de boot over en Wat Arun bekeken.

Restauratie van Buddhi en tempel in volle gang,

In de tempel zit een monnik die een soort voordracht doet.
We beginnen een beetje Buddha-moe te worden. Tweede dag in Bangkok…

De namiddagbui dreigt weer en we gaan snel met de pont terug naar de overkant.


De tuk-tuk bij de pont overgeslagen, 300 meter gelopen en daar een tuk-tuk genomen voor de helft van de prijs. Die lui bij de pont spreken prijzen af.

Onderweg naar het hotel breekt de hel weer los. Gelukkig hebben we weer net op tijd een tuk-tuk weten te vinden.

https://www.youtube.com/watch?v=k2wOHZhoAS0

Op de kamer opdrogen en bijkomen.

Bangkok dag 1

Over de vlucht niks bijzonders te melden: een gebruikelijke slapeloze nacht in een vliegstoel onder een deken. Ook douane en bagage op het vliegveld loopt op rolletjes.

De achterbak (met enorme lpg tank) van de taxi is veel te klein voor de enorme koffer van Noor en onze meer bescheiden koffertjes. Geen probleem. De chauffeur zet onze koffers schuin tegen de rand en met een spin wordt de kofferdeksel vastgezet. In de taxi ruikt het heel sterk naar Thais eten.

We worden afgezet op de hectische Khao San Road, vlak bij het hotel.

In het hotel slapen we een paar uur.

Later in de middag lopen we de stad in. Bij de tempel in de buurt – Wat Chanasongkhram – zijn monniken met een gebedsritueel bezig.

De bewaker bij de tempel is een spraakwaterval. Hij geeft onze een stoomcursus Bangkok: tuk-tuk selecteren (gele kentekenplaten), wat te zien in het centrum (haalt een kaart tevoorschijn en begint er op te schrijven), en bijna meer tips dan we kunnen onthouden.

Hij regelt een tuk-tuk die ons alsnog ongewild langs brengt bij twee reisbureaus in de gedaante van officieel toeristenbureau. Die willen heel graag een rondreis Thailand voor ons regelen. Maar dat willen wij dus niet. Door beleefd aanhouden verliezen ze steeds hun interesse in ons.

De tuk-tuk brengt ons naar de tempel Wat Intrawihan, met een grote staande Buddha van 45 meter hoog. We bekijken de tempel terwijl de tuk-tuk op ons wacht.

Daarna gaan we naar de rivier Chao Phraya, de grote rivier waar Bangkok langs ligt. We nemen afscheid van de tuk-tuk en 100 Baht. We krijgen een rondvaart langs de rivier Chao Phraya in een longboat aangesmeerd. Waarschijnlijk voor te veel geld. De rondvaart is echter zeer de moeite waard. Een aparte wereld langs het water. Veel huizen op palen. We zien de armoede waarin veel mensen in Bangkok leven.

Halverwege komt een man in een bootje langs. Het bootje is volgeladen met versnaperingen. Een soort varende mini-supermarkt.

We worden achtergelaten bij de Wat Arun, aan de andere kant van de rivier Chao Phraya. De tempel is al dicht en het begint donker te worden. Ook verschijnen er enorm donkere wolken boven de stad. Morgen beter. De pont brengt ons terug in het centrum.

Met de tuk-tuk terug naar het hotel. Het begint te regenen. Heel hard.

Vlak bij het hotel springen we uit de tuk-tuk. Het is nog maar 50 meter naar het hotel maar het regent zo hard dat we maar beter kunnen schuilen. We zouden binnen 5 seconden doornat zijn.

Video

Na een kwartier vermindert de regen en sprinten we naar ons hotel.

Eerste bericht

De komende weken zullen we (waarschijnlijk) aandoen:

Bangkok
Kanchanaburi
Ayutthaya
Sokuthai
Chiang Mai
Pai
Koh Samet
Bangkok

Clair-obscur in San Luigi dei Francesi

De taxi van Fiumicino naar het hotel in Rome kost 50 euro. Dat lijkt een beetje overdreven. Als straf geef ik geen fooi aan de taxichauffeur. Toch geeft hij me zijn visitekaartje en biedt me een korting aan voor de terugreis naar het vliegveld – 35 euro.

Ik ben dus weer een paar uur in het centrum van Rome (na een week vakantie met mijn vrouw in januari).

De metro doorkruist de rommelige buitenwijken van Rome.

Ik stap uit bij Cavour (het metrostation) en dwaal rond.

(Ik ga de Dan Brown thriller niet volgen.)

I krijg honger. Ontbijt in het vliegtuig was licht. Ik koop een sandwich, die ik opeet op weg naar San Pietro in Vincoli.

De kerk gaat om drie uur weer open. Ik ben deze lange lunchpauzes vergeten.

Ik heb geen zin om te wachten en verder te gaan via Via dei Fori Imperiali naar Piazza Novano. Op de Via dei Fori Imperiali vinden massale restauraties plaats om de afbraak 80 jaar geleden ongedaan te maken.

The Calling of Saint Matthew-Caravaggo (1599-1600).jpg

Het is enorm druk in het Pantheon, uiteraard. Snel naar binnen en dan naar San Luigi dei Francesi om de Caravaggios te bekijken. Indrukwekkende schilderijen met dat typische Caravaggio licht, alle drie gewijd aan de profeet Matthew.

Het is vreemd hoe de schilderijen in het donker zijn geplaatst. Wat ik niet wil benadrukken is Caravaggio’s clair-obscur stijl. Nee, het is het geld. Pas nadat een Japanse toerist wat munten in de machine heeft gegooid die de verlichting regelt, kun je de schilderijen een paar minuten bekijken.

Schlimazel hairdo in een bubble in Detroit

(Onder dit verhaal, stel je voor het continue commentaar bij de American Football wedstrijd die op de tv’s aan de muur wordt weergegeven).

Links van me zitten twee mannen van een stuk in de veertig, collega’s waarschijnlijk, cola te drinken achter hun laptop; de ene een dikke Sony, de ander een slanke MacBook Air. Van die jongens met koltruien. Eén zit de hele tijd met zijn been te trillen terwijl ze een tekst editen.

Achter ze zit een  een ouder stel dat hele foute blousejes draagt. Zij heeft er een met fijne roze bloemetjes, hij draagt een shirt met een soort golfpatroon in fletse kleuren blauw, paars en grijs. Beide hebben ze witte sportschoenen aan hun voeten. Ze drinken witte wijn, wat ik voor dit tentje nogal afwijkend vind. Ik kan me slechts een oude goedkope sauvignon blanc bij voorstellen. De man heeft flaporen en een bijbehorend schlemielig kapsel, de vrouw is waarschijnlijk bij dezelfde kapper geweest.

Het meisje dat me bediend heeft een knap gezichten kort geknipt, zwart geverfd haar. Ze is maar een beetje dik. Ze heeft zwarte ogen en ik blijf nog even langer zitten om daar nog een paar keer in te kunnen kijken. Aan de overkant onder de televisies (American Football en een soort bingo) zitten zich te vervelen: een jong paartje (beide staren naar hun smartphone), een gezinnetje (hoewel die het kennelijk wel gezellig hebben met zijn drieën, een echtpaar van midden veertig (die elkaar commentaar delen over de afgrijselijke televisieprogramma’s die boven mijn hoofd worden vertoond). Iedereen zit langs de wand, valt me nu op; geen mens bezet de tafeltje in het midden van deze ruimte.

Onduidelijk wat de foto’s van oude auto’s aan de muur moeten vertellen. Ik kan alleen maar vermoeden dat bedoeling is een jaren zestig gevoel op te roepen, aangezien de mica tafeltjes en de bankjes langs de muur hetzelfde lijken te beogen.

De collega’s hoor ik net, zijn Engels. Dat verklaart de kleding. My goodness, de oudere vrouw van dat echtpaar, met haar beige broek met grijze sokken, zet haar rugzak op haar schoot er gaat er liefhebbend met haar armen omheen geslagen zitten wiegen.

Er is een Chinees stel 2 plaatsjes verder voor me gaan zitten. De man is erg nerveus. Staat op, gaat weer zitten, praat te hard, trekt zijn bruine leren jas aan, gaat staan, neemt een hap, gaat weer zitten, gaat weer staan, neemt een hap van het bord van zijn partner, stelt een vraag, gaat nog een paar keer zitten en weer staan, terwijl hij happen blijft nemen van de borden op tafel. Ondertussen zit zijn collega rustig op zijn netbook door te werken.

Tot zover Detroit Online. Ik drink mijn Sam Adams op en ga een plasje doen.

De televisie is overal.

Terwijl ik wacht tot we aan boord gaan, kijk ik naar Ahmadinedjad op het nieuwsbulletin. Hij krijgt enorm veel tijd om zijn standpunten uit te leggen. Dit is Amerikaanse televisie.

Iedereen zit in een luchtbel vandaag. Of ik.

Van Dijck in the Prado, a short note on blood, Habsburg jaws and ruthlessness

Some time ago now, I visited the Prado in Madrid.The young Van Dijck
There was a special exhibition on Van Dijck, called El Joven Van Dijck  – The Young Van Dijck.

An incredible assembly of masterpieces. The 2 hours I had in between other activities was massively insufficient.

My winner is The Lamentation over the Dead Christ is my winner. Blood drips from the canvas. The reflection of the light on the skin.  Lamentation Van Dijcke

It is full of Habsburg Jaws. In the paintings, in the sculptures. After a while this becomes corny and funny. All of these great emporers with theseThe Habsburg Jaw massive chins express an sickly absence of joy and compassion. If there is an emotion they express, it is one of detachment and ruthlessness.

El Greco shows he is an expressionist avant la lettre.

Velazquez is also greatly present. His monstrously large horses and people with far too small heads seems to be taken from the perspective of a child or a dwarf.diego-velazquez-horse

Van Dijck in het Prado, een korte notitie over bloed, de Habsburgse onderkaak en meedogenloosheid

The young Van Dijck

Enige tijd geleden bezocht ik het Prado in Madrid.
Er was een speciale tentoonstelling over Van Dijck, genaamd El Joven Van Dijck – de jonge Van Dijck.

Een ongelooflijke verzameling meesterwerken. De 2 uur die ik tussen andere activiteiten door had, waren veel te kort.

Lamentation Van Dijcke

Mijn winnaar is De Bewening van Christus is mijn winnaar. Bloed druipt van het doek. De weerkaatsing van het licht op de huid.

De Habsburge onderkaak is alom aanwezig.In de schilderijen, in de beeldhouwwerken. Na een tijdje wordt het afgezaagd en grappig. Al die grote keizers met die enorme kinnen drukken een ziekelijke afwezigheid van vreugde en medelijden uit. Als er een emotie is die ze uitdrukken, is het er een van afstandelijkheid en meedogenloosheid.

The Habsburg Jaw

El Greco laat zien dat hij een expressionist avant la lettre is.

Velazquez is ook sterk aanwezig. Zijn monsterlijk grote paarden en mensen met veel te kleine hoofden lijken uit het perspectief van een kind of een dwerg te zijn genomen.

diego-velazquez-horse

Plakias – 2015

Vroeg wakker. De wind is gaan liggen. De krekels hebben de overhand gekregen. De muggen zien hun kans schoon, en hebben het voorzien op A. Ik sla er een plat. Een grote rode plek op het laken. Hij is traag geworden van al dat bloed.
Gisteren de oude Fiesta ingeruild na een lekke band. We waren die auto helemaal zat. Onveilig, vies, onbetrouwbaar. Het verhuurbedrijf is om de hoek hier. Ik denk dat ze bijna failliet zijn. Oude autos, geklooi met overpompen van benzine.
De behaarde Griek zit in een hemd achter een buro dat is volgestapeld met papieren. Hij zeurt over benzine. Ik over dat ze ons een lege tank, vlakke banden en een brakke rem op pad hebben gestuurd.
Maria staat hier al voor zevenen beneden bij het hotel, klaar voor een dag werk.
De wind is nu gaan liggen -10 uur ‘s avonds. De insecten komen uit hun holen.
Knossos viel wat tegen. Pesteind rijden vanuit Plakias, maar wel een mooie route, tussen Plakias en Rhetymnon. Van Rhethymnon en Iraklion volgen we een saiere outeweg langs de kust.
Knossos vereist veel energie. Energie om je voor te stellen hoe indrukwekkend groot dit paleis moet zijn geweest. Energie om je voort te bewegen op het snikhete terrein.
Er staat eens suppoost met een parasol en een fluitje. Als er iemand buiten de hekjes stapt, blaast ze op haar fluitje en gilt ” Get Out!”.
We eten in een dorpje voorbij Bali. Een Russische familie zit aan de tafel naast ons. Een klein varken hangt in de winkel aan de overkant te besterven.
Het is nu echt warm. We zouden bidden om wind, als we gelovig waren als de Grieken.

Helsinki Taxi

The taxi driver took off like crazy, sliding through the snow. At every traffic light the same recipe: full throttle, tires spinning through the snow. On the highway took over a lorry on the right-hand side, while typing an SMS. Then he slid a cd in the stereo, and Aerosmith blasted through the car: Love In An Elevator, Smoking in the Back of the Yard (not sure if that is the song title), and other heavy rock music with explicit lyrics.

Love in an elevator

Yet, Finnish people are incredibly nice and helpful people. It’s terrible to return to our little overcrowded country with its less well-mannered people.

And of course: it is raining. While I just got so used to the freshness of dry frost and snow.