We rijden door het prachtige bergachtige landschap tussen Pai en Mae Hong Son naar de grotten van Lod.
Onderweg stoppen we op een bergkam. Hier is een uitzichtpunt ingericht. Het uitzicht over het dal is prachtig.
Het heeft enorm geregend afgelopen nacht, en ook de nachten daarvoor. Als gevolg daarvan is het waterpeil zo hoog dat alleen de meest toegankelijke grot van Lod bereikbaar is.
Met twee gidsen varen we een klein stukje de grot in. Het bootje is een soort platbodem van bamboe. De leggen aan en lopen de grot in, bijgeschenen door de benzinebranders van de gidsen. We worden langs de meest in het oog springende door de natuur gevormde druipsteenkunstwerken in de grotten geleid. De pannenkoek, olifant, kikker, schildpad, al naar gelang de gelijkenis van de druipsteen. Al vrij snel hebben we het begaanbare rondje gelopen en zitten we weer in de bamboeboot.
De chauffeur doet een toeristisch rondje door het dal van Pai. Het is mooier dan we al gezien hebben. Het dal is erg vruchtbaar en staan vol met allerlei plantages. Een landkrab kruipt voor de auto de weg over en wordt door de chauffeur handig ontweken.
Bij de Witte Buddha, die vanaf een heuvel over het dal kijkt, gaan we uit de auto om deze even van dichtbij te bekijken. De Buddha staat in de (bamboe) stijgers. De witte kalklaag bladdert af, zien we van dichtbij, en krijgt een opknapbeurt. Als we van de Witte Buddha weer de trap aflopen begint het te regenen.
We laten ons bij het dorp afzetten. We moeten een grotere koffer aanschaffen om alle cadeautjes in kwijt te kunnen.
Eerts eten we van bij Duang, een doofstomme, maar zeer aardige Thaise restaurateur. Eten ook zeer smakelijk.
In de winkel krijg ik een enorme krampaanval als we een koffer staan uit te zoeken. Gelukkig heb ik een openbaar toilet gespot, dat iknu op tijd weet te bereiken. Mijn ingewanden hebben moeite met het voedsel, en ik lijk te ontploffen op het toilet.
We slepen de koffer achter ons aan terug naar het hotel. De rest van de middag relaxen we in het hotel.
Als het weer tijd is om wat et eten, lopen P. en ik het dorp in om een broodje Döner te halen. Ik geloof dat ik het al had gezegd maar in Pai zijn moslims, er is ook een moskee, en bij de moslims kan je broodje Döner kopen. Dat klinkt als een cliché, maar het is waar, hier in ieder geval.
We moeten erg alng wachten op onze broodjes, en als ze klaar zijn is het weer gaan regenen. Stortregenen.
We rennen met onze broodjes naar de 7-eleven even verderop. We kopen wat te drinken, en ook regencapes (30 Baht). De regencapes zijn ideaal. Met de capes aan soppen we door de regen. Onze slippers piepen onder onze voeten.
De broodjes zijn prima en uitbundig.